Een storm op een zomerdag

Een gewone zomerdag in juli. Dan denk je aan vakantie, met wat geluk wat zon en een ijsje. Zomers waarin je jezelf als kind, als jonge volwassene kan verliezen in dromen en grootse plannen over wat er nog zal komen. In Noorwegen sloeg dat klimaat plots om, als een storm op een mooie zomerdag.

“Wat een paradijs voor mijn jeugd was, is een hel geworden.” Zo verwoordde de Noorse premier het na het drama op het eiland Utoya. Een man opende het vuur op een zomerkamp en vermoorde in een klap ook de onschuld van alle jonge mensen daar.

De slachtoffers zijn vooral leden van de jongerenorganisatie van de sociaal democratische partij ‘Arbeiderpartiet’. Een zusterorganisatie van Animo (de jongerenafdeling van sp.a) en bezig met dezelfde bekommernissen.

De slachtoffers zijn in de eerste plaats jonge mensen met een politiek engagement die hun kostbare zomerdagen spenderen aan debat en studie. Omdat ze er rotsvast van overtuigd zijn dat ze iets kunnen bijdragen aan de maatschappij en de toekomst van hun land, Noorwegen. Later, als het hun beurt zal zijn. Dat veelbelovende later is nu aan flarden geschoten.

Het enige wat ik nu, als sociaal-democraat,  kan verwoorden is de verbijstering en de grote verslagenheid over de zinloze aanslag op weerloze jonge mensen. Vanwaar toch die haat tegen deze onschuldige mensen? Omdat ze geëngageerde jongeren waren met een eigen ideaal?